Simple Present – Present Progressive – contrasted. John. play plays am playing is playing are playing. football at the moment. We often. write writes am writing is writing are writing. tests at our school. I. talk talks am talking is talking are talking.
Gratis online oefeningen voor de present simple en continuous in het Engels - meerkeuze - invuloefeningen - bevestigende zinnen - vraagzinnen - ontkenning ...
26.10.2021 · Mixed Verb Tense Forms in the Present – B1 Intermediate Level. Multiple Choice Exercise. Complete the gaps in the sentences by choosing the correct form of the PRESENT SIMPLE, PRESENT CONTINUOUS or PRESENT PERFECT.. Use the Present Simple: For present habits & routines, facts and regular actions.
Simple Present – Present Progressive – contrasted. John. play plays am playing is playing are playing. football at the moment. We often. write writes am writing is writing are writing. tests at our school. I. talk talks am talking is talking are talking.
Verb Tense Exercise 1 Simple Present and Present Continuous f t p Using the words in parentheses, complete the text below with the appropriate tenses, then click the "Check" button to check your answers.
60 leermiddelen gevonden over present simple continuous, gedeeld door leraren en organisaties. ... Oefeningen op de present simple en de present continuous.
Oefening 1 geef aan of het de present simple of continuous is. Oefening 2 meerkeuze kies de juiste tijd. Oefening 3 idem. Oefening 4 choose the correct form. . Oefening 5 kies de juiste vorm. Invuloefeningen: present simple - present continuous. . Oefening 1 vul het werkwoord in de gegeven tijd in.
Verb Tense Exercise 1 Simple Present and Present Continuous. f t p. Using the words in parentheses, complete the text below with the appropriate tenses, then click the "Check" button to check your answers. 1. Every Monday, Sally (drive) her kids to football practice. 2.
Kort gezegd gebruikt men de present simple voor korte acties, feiten, of hobby’s in het heden. De present continuous gebruikt men wanneer men de nadruk wil leggen op de duur van een actie of op het feit dat een actie bezig is.. Oefening. Dit is één van de oefeningen waarin je moet kiezen tussen deze twee tijden. Kies wanneer je welke tijd moet gebruiken en zorg ook dat je de tijd op …
Ga bij het vertalen van deze zinnen op zoek naar aanwijzingen die aangeven of iets nu bezig is of niet. Is iets nu aan de gang, gebruik dan de present contin...
Present Continuous or Present Simple? Exercise 2. Choose the present simple or the present continuous. Click here to review how to make the present continuous. Click here to review how to make the present simple. Click here to return to the list of grammar exercises. Download this exercise in PDF.
- EXTRA OEFENINGEN 1 EXTRA OEFENINGEN CHAPTER 1: PRESENT SIMPLE 1 He ..... (arrive) at work at 9 every morning. 2 I really like watching TV but I .....
Oefenen met de Simple Present (I go) en Present Continuous / Progressive (I am going) (elementary) oefening 1: multiple choice oefening met vormen van de simple present en de present continuous. oefening 2: invuloefening over het gebruik van de simple present en de present continuous.
Oefenen met de Simple Present1. oefening 1: multiple choice oefening met vormen van de simple present en de present continuous 2. oefening 2: invuloefening over het gebruik van de simple present en de present continuous 3. oefening 3: invuloefening over het gebruik van … iets gebeurt regelmatig of is routine (I always cycle in the weekends.) signaalwoorden: always, every day, …
Present Continuous Oefening 1 - Taalhulp Engels Present Continuous Oefening 1 De present continuous (of present progressive) is een tijd om over dingen te praten in het heden waarbij je de nadruk legt op de duur van een actie. Je kan deze tijd ook gebruiken voor lange acties of wanneer een … Simple Past en Present Perfect |uitleg en oefeningen
Present Simple – Present Continuous questions. Match the questions and the answers. Are you watching TV? ... No, they are sleeping. At half past four. She works at home. No, I'm having dinner. I'm going home. She's going home.