Past simple - Wikikids
https://wikikids.nl/Past_simpleDe past simple gebruik je alleen als je de volgende twee dingen wil hebben in een zin: Het is de verleden tijd gebeurd. Het is nu afgelopen. Je gebruikt de past simple meestal in zinnen waarin woorden staan die een verleden tijd aangeven zoals yesterday (gisteren), a week ago (een week geleden), last month (afgelopen maand), in 1999, enzovoort.