Possessive in het Nederlands vertaald uit het Engels
www.interglot.nl › en › nlto possess (own; have) hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben. hebben werkwoord (heb, hebt, heeft, had, hadden, gehad) bezitten werkwoord (bezit, bezat, bezaten, bezeten) beschikken over werkwoord (beschik over, beschikt over, beschikte over, beschikten over, beschikt over) in eigendom hebben werkwoord.